Loading...
Loading...

Paarden

Maak een afspraak voor uw paard

Merriebegeleiding

Begeleiding van de merrie in het dekseizoen bestaat uit het bepalen van de beste tijd voor inseminatie/dekking en begeleiding hiervan tot de merrie drachtig is en we de hartslag van het veulen in beeld hebben gebracht.

De cyclus van de merrie is gemiddeld zo’n 21 dagen. De cyclus begint op gang te komen in het voorjaar, in april/mei meestal. In het voortplantingsseizoen is er dus ongeveer elke 3 weken opnieuw een kans om drachtig te worden. De hengstigheid duurt 5-7 dagen. Er groeit dan een follikel, een eitje, soms twee, tot deze groot genoeg is om te springen, de ovulatie. Op dat moment kan een eitje bevrucht worden door een zaadcel. De eisprong vindt plaats aan het einde van de hengstigheid.

Na het veulenen wordt de eerste hengstigheid meestal al gezien na 7 tot 12 dagen. Wanneer de geboorte goed verlopen is en de merrie gezond is, kan tijdens deze hengstigheid al voor de eerste keer geïnsemineerd worden. Wanneer er hulp nodig was of er hebben zich andere complicaties voorgedaan tijdens of na het geboorteproces, dan is het advies om deze eerste hengstigheid voorbij te laten gaan, zodat de baarmoeder kan herstellen en opschonen.

Schouwen kan helpen bij het bepalen of de merrie hengstig is of niet. Sommige paarden laten hengstigheid duidelijk zien zonder hengst, maar dit geldt niet voor alle paarden. Bij het schouwen worden een hengst en een merrie dicht bij elkaar gebracht, maar wel met een afscheiding ertussen, zodat ze net contact kunnen maken. Een merrie die hengstig is, zal interesse tonen in de hengst. Ze kan signalen laten zien zoals: gaan staan om te plassen, plassen (donkere, sterk ruikende urine), “blitzen” (knipperen met de vulvalippen) en de staart wat opzij houden. Een merrie die niet hengstig is zal de hengst “afslaan”, ze moet niks van hem weten.

Het scannen van de merrie gebeurt rectaal. Als de merrie geen hengstigheid laat zien en er is geen hengst om te schouwen, kan ook via echo bepaald worden waar de merrie in cyclus is.

Tijdens de hengstigheid volgen we via echo de groei van een dominant follikel, het follikel dat zal gaan springen en bevrucht kan worden. Als de eisprong nadert, kunnen we aangeven wanneer geïnsemineerd moet worden. Twee dagen na de inseminatie wordt vervolgens gecontroleerd of de eisprong inderdaad heeft plaatsgevonden. De zaadcellen in vers gekoeld sperma blijven ongeveer twee dagen in leven, dus als de eisprong in die tijd nog niet heeft plaatsgevonden, kan er nog eens geïnsemineerd worden.

Op dag 16, berekend vanaf de laatste keer insemineren, kijken we via echo of de merrie drachtig is. Mogelijk is dit zelfs al zichtbaar vanaf dag 14.

Dit moment van scannen is enorm belangrijk, omdat in het geval dat het een tweeling zou zijn, we er op dat moment nog wat aan kunnen doen. Een tweelingdracht is niet gewenst bij het paard omdat er zelden ruimte is voor twee veulens om een voldoende grote placenta te ontwikkelen, daarom zien we helaas zelden een voldragen gezonde tweeling bij paarden.

Is de merrie drachtig? Dan volgt een tweede drachtecho rond dag 35, op dat moment kunnen we een hartslag in beeld brengen. Vanaf dat moment is de kans gelukkig niet zo groot meer dat er nog wat mis gaat. Vanaf dan is het rustig afwachten tot het moment van de geboorte, 11 maanden later, meestal rond de 330 dagen.

Actueel

Allergie bij paarden

Het is weer heerlijk voorjaar! Helaas voor sommige paarden betekent dat wel dat het allergieseizoen weer begonnen is. We zien nu heel veel staart- en

Lees meer...