Honden

Honden zijn vaak besmet met wormen. Een hond kan ziek worden van deze wormen, maar ook mensen kunnen ziek worden van de wormen die een hond bij zich draagt. Vooral voor kinderen, maar ook voor volwassenen kunnen deze wormen nadelige gevolgen hebben. Wormen verminderen de conditie van een hond en kunnen allerlei klachten opleveren. Besmette pups groeien slecht en krijgen daarnaast ook allerlei klachten. Een goede ontworming is dus erg belangrijk!

Er zijn verschillende soorten wormen waardoor honden besmet kunnen worden. Hier volgt een overzicht van deze wormen:

1. Spoelwormen:
Dit is de meest voorkomende wormsoort in Nederland en wordt gemakkelijk overgebracht via de ontlasting. Een moederhond geeft deze wormen ook door aan haar pups waardoor bijna alle pups in meer of mindere mate besmet zijn. Soms zijn de volwassen wormen in de ontlasting of in braaksel te vinden, maar vaak merkt men niet aan de buitenkant dat de hond spoelwormen heeft.

2. Lintwormen:
De lintworm verspreid zich via een tussengastheer, de vlo. Besmetting vind dus ook plaats via vlooien. Belangrijk is dus naast ontwormen ook goed te ontvlooien. Een typisch kenmerk voor een lintwormbesmetting zijn de witte ‘rijstkorrels’ in de ontlasting of rondom de anus van de hond.

3. Vossenlintwormen:
Dit is een zeer gevaarlijke wormsoort, zowel voor de hond als voor de mens. Hij komt vooral voor in Centraal Europa maar er zijn in Nederland ook enkele gevallen bekend. De vossenlintworm wordt overgebracht via de ontlasting van vossen, maar ook het eten van kleine knaagdieren kan deze worm opleveren.

4. Haakwormen:
Deze wormen worden ook wel mijnwormen genoemd. Ze komen weinig voor in Nederland maar wel in de rest van Europa.

5. Zweepwormen:
Deze wormsoort komt voornamelijk in de tropen voor. Besmetting vindt plaats via het inslikken van eitjes.

6. Longwormen:
Deze wormsoort komt in Nederland niet zo veel voor. Besmetting vindt plaats via het eten van besmette prooidieren.

7. Hartwormen:
Deze wormsoort komt voornamelijk voor in (sub)tropische gebieden en landen rond de Middellandse Zee en we zien dat deze grens steeds meer richting het noorden trekt. Besmetting vindt plaats via insectenbeten en kan leiden tot de dood.

Pups moeten vaker ontwormt worden dan volwassen honden. Aangeraden wordt om pups op de leeftijd van 2, 4, 6 en 8 weken te ontwormen, daarna om de 2 maanden tot ze een half jaar oud zijn en daarna volstaat een ontworming van twee tot vier keer per jaar. Dit is o.a. afhankelijk van het contact van uw huisdier met kleine kinderen.

Er zijn bij Dierenkliniek Ommen verschillende soorten ontwormingsmiddelen aanwezig. Ontwormingsmiddelen zijn er in tablet- en pastavorm, zodat u kunt kiezen wat voor u het makkelijkste is. Ontwormingsmiddelen hebben allemaal een verschillende werking. Een aantal middelen werken alleen tegen spoelwormen en een aantal middelen werken tegen alle in Nederland voorkomende wormen. Aangeraden wordt om minimaal één keer in het jaar een ontwormingsmiddel te gebruiken die werkt tegen alle wormen. De rest van het jaar volstaat een ontwormingsmiddel tegen spoelwormen. Als u met uw hond op vakantie gaat is het verstandig voor die tijd uw hond goed te ontwormen, specifiek lettend op de wormen die voorkomen in het gebied waar u op vakantie gaat.

Voor de juiste ontworming van uw hond kunt u contact opnemen met de dierenartsassistenten van Dierenkliniek Ommen. Zij kunnen u adviseren over de beste ontworming voor uw hond zodat uw hond goed beschermt is.